Sebastian Vettel heeft dit seizoen in Japan zijn tweede wereldtitel Formule 1 behaald. Op zaterdag 15 oktober is het precies 28 jaar geleden dat Nelson Piquet voor de tweede keer wereldkampioen werd.
Het prille begin
De Braziliaan begint zijn carrière in de karts. Zijn vader, de politicus Nelson Souto Maior, wil niet dat zijn zoon coureur word en daarom gebruikt de jonge Nelson de meisjesnaam van zijn moeder als pseudoniem. Piquet debuteert voor Ensign in de Formule 1 tijdens de Grand Prix van Duitsland van 1978. Hetzelfde jaar rijdt hij nog drie races voor McLaren. Daarna gaat hij voor meerdere jaren naar Brabham. In 1981 wordt hij bij dat team voor het eerst kampioen in een Brabham BT49 met Cosworth DFV-motor, met slechts één punt voorsprong op Williams-coureur Carlos Reutemann.
Turbo
Vanaf 1982 rijdt Piquet voor Brabham met BMW-turbomotoren, die nog een paar races naast de Fords van het jaar ervoor worden gebruikt. De motor is de BMW M12/13 met turbo die gigantisch veel vermogen levert. In 1983 heeft deze motor ongeveer 850 pk tijdens de kwalificaties. ( In 1986 zelfs bijna 1500 pk) De 1500 cc viercilinder was gebaseerd op de standaard M10 motor. De overlevering zegt dat de kale blokken uit gebruikte BMW 1500’s kwamen en gewoon buiten op het terrein van de fabriek lagen in weer en wind. BMW medewerkers zouden zelfs hun behoefte doen over de blokken. Dit alles om de spanningen uit het materiaal te krijgen. Hierdoor konden de tolleranties veel kleiner worden gemaakt.
Deze BMW-motoren zijn krachtig, maar verbruiken ook veel brandstof. Als oplossing bedenkt hoofdontwerper Gordon Murray een truc: de geplande pitstop. Voor die tijd bezocht een coureur alleen de pits als hij een technisch probleem had en dus wel naar binnen moest. Murray heeft uitgerekend dat er tijdwinst te behalen is door met halflege tanks te starten, in een lichtere auto een flinke voorsprong op te bouwen en daarna te stoppen voor benzine, zonder de leiding te verliezen. Het is een revolutionaire strategie die al snel door de andere teams wordt gekopieerd. De Braziliaan weet echter niet direct de vruchten te plukken van de nieuwe tactiek. Het team heeft in de races vaak pech en eindigt dat jaar op een zevende plek in de eindstand.
Het volgende seizoen
Het jaar erop gaat het een stuk beter met Brabham. Piquet wint in Brazilië de eerste race van het jaar en behaalt in Frankrijk en Monaco mooie tweede plaatsen. Door ook regelmatig uit te vallen kijkt de Braziliaan met nog vier races te gaan tegen een achterstand van 14 punten op leider Prost aan.
Zandvoort
In Nederland probeert Alain Prost aan het eind van het rechte stuk Nelson Piquet in te halen. De Fransman heeft te weinig grip in zijn Renault en glijdt tegen de Brabham aan. Hierdoor eindigt de Braziliaan in de grindbak. Prost rijdt in eerste instantie door, maar zet later die ronde zijn auto toch beschadigd aan de kant.
Piquet wint vervolgens op Monza en Brands Hatch, terwijl Prost uitvalt en een tweede plaats haalt. Door de goede prestaties van de Braziliaan slinkt het verschil voor de laatste race tot twee punten. Piquet kan de titel op eigen kracht binnenslepen door te winnen in Zuid-Afrika, bij een andere klassering is hij afhankelijk van de prestaties van zijn Franse concurrent.
De finale op Kyalami (SA)
In de kwalificatie rijdt Piquet zijn auto naar de tweede plaats. Hij wordt hierbij gesteund door zijn teamgenoot Riccardo Patrese, die een derde tijd neerzet. Prost mag de race vanaf plek vijf aanvangen. Bij de start pakt Piquet meteen de leiding, terwijl Patrese voor de nodige rugdekking zorgt en de Fransman achter zich houdt. In ronde 35 valt Prost uit. Hierdoor heeft de Braziliaan aan een plaats in de top vier genoeg om de titel te winnen.
De overwinning in Zuid-Afrika wordt gepakt door Patrese, voor Andrea de Cesaris in een Alfa Romeo. De laatste plaats op het podium wordt ingenomen door Nelson Piquet, die daarmee zijn tweede titel pakt en de eerste coureur wordt die het coureurskampioenschap wint in een auto met turbomotor.