Tags Posts tagged met "BMW Classic"

BMW Classic

1 4073

Tweeëntwintig jaar geleden bouwde Max Reisböck in zijn garage een BMW E30 323i om tot eerste 3-serie touring. Dit was het begin van een mooie traditie.

BMW presenteert dit jaar de nieuwe BMW 3 Serie Touring. Met dynamische flair voor werkdagen en praktische ruimte en flexibiliteit voor in het weekend. De strak en sportief vormgegeven business Touring biedt rondom meer ruimte en beschikt zelfs over de grootste bagageruimte in zijn segment. Maar hoe is BMW aan het idee van een combi gekomen?

Max Reisböck had een probleem: er was gezinsuitbreiding op komst en de BMW die bij hem in de garage stond was te klein voor een gezin van vier personen met kinderwagen en vakantiebagage. Voor Reisböck, een overtuigd BMW rijder, die in de fabriek in München werkzaam was bij de afdeling prototypenbouw, was het duidelijk: er moest een combi komen. BMW maakte echter geen combi’s. De oplossing: dan maar zelf eentje bouwen. Hij kocht een BMW 323i met achterschade en zette die in zijn garage. Als carrosserie-specialist wist hij dat het niet een kwestie van knippen en plakken zou zijn. Hij verplaatste eerst de c-stijlen naar achteren en bracht vervolgens het ontbrekende stuk dak aan. Een probleem was om een TÜV goedgekeurde achterruit te vinden die paste in de zelfgemaakte achterklep. ,,Vele uren heb ik doorgebracht op diverse parkeerplaatsen om maten op te nemen van verschillende auto’s”. Uiteindelijk had de VW Passat de juiste maat achterruit. Ook de achterklep kwam van dezelfde Passat, maar moest nog op volledig worden aangepast. Stap voor stap veranderde Reisböck de 3-serie sedan in een touring en tussen de 500 en 600 manuren later was het dan zover: de gezinsauto van de familie Reisböck stond klaar voor vertrek in de garage. Het was het voorjaar van 1985. ,,Maar voor ik met mijn creatie op reis ga”, dacht Reisböck, ,,laat ik hem eerst nog even aan mijn baas zien”. Die stond er op om hem ook nog even aan zijn baas te laten zien. En zo gebeurde het dat op een morgen om zeven uur de toenmalige bestuursvoorzitter van BMW, Eberhard von Kuenheim, de Reisböck-combi te zien kreeg. De hoogste baas van BMW besloot spontaan: ,,Deze auto verlaat het fabrieksterrein niet meer. Dit model gaan wij bouwen”. Hiermee was reisböck niet gelukkig. Hij had nu geen vakantieauto meer. Voor nood had hij tijdelijk een VW bus gekocht waarmee het gezin toch op vakantie kon. De touring verkocht hij aan BMW AG.

In werkelijkheid onderscheidde de touring, die kort daarop in productie ging, zich op slechts enkele punten van het origineel. Alleen de achterklep werd tussen de achterlichten wat dieper omlaag getrokken, om de laaddrempel te verlagen. Het Duitse blad Auto Bild kopte enthousiast: ,,Een BMW als nooit tevoren”. De creatie van Reisböck werd, wat 15 jaar geleden nog niemand kon vermoeden, tot trendsetter. De tot dan toe voornamelijk als bedrijfswagen gebruikte combi’s werden steeds luxer. Ook sporters ontdekten de mogelijkheid hun uitrusting te vervoeren en tegelijkertijd comfortabel te reizen.

Opeens had men het over de lifestyle combi, en het idee van een combi met het uitrustingsniveau en de rijprestaties van een sedan vond al snel navolging. En wat doet Max Reisböck tegenwoordig? De, nu gepensioneerde, 63-jarige heeft bij BMW nog vele prototypen, inmiddels als voorman, gebouwd. Hij rijd nog steeds BMW E30 touring. Eberhard von Kuenheim prees het engagement van de carrosseriespecialist: ,,Er lopen bij BMW veel bijzondere mensen rond. Medewerkers die zelfstandig en met veel enthousiasme dingen doen die men niet uitdrukkelijk van hen heeft gevraagd. Ik denk daarbij dan vooral aan een man die in zekere zin de 3-serie touring heeft uitgevonden”.

Bron: BMW Group Zeitung

1 2255

De BMW Z1 bestaat dit jaar 25 jaar. Dit werd groots gevierd op een bijeenkomst bij het BMW Museum in München.

100 BMW Z1’s, 180 deelnemers uit 12 landen kwamen in Munchen bij elkaar om het 25 jarige jubileum van de geboorte van de BMW Z1 te vieren. Zelfs de M1 bar in het BMW Museum was omgedoopt in Z1 bar. De leden van de diverse Z1 clubs waren razend enthausiast.

De Z1 zelf vierde zijn debuut op de Frankfurt Motor Show in 1987. De Z1 had veel techniek van de E30 325i geleend, maar was een op zichzelf staand model dat volledig was ontwikkeld door BMW Technik GmbH. De Z1 is destijds ontworpen door de Nederlander Harm Lagaay en was het eerste en enige produkt dat rechtstreeks vanuit BMW Technik GmbH werd geproduceerd. De carrosserie van de roadster was van een speciaal soort kunstof, dat uitzonderlijk stijf was, en natuurlijk volkomen roestvrij zou blijven. Ht chassis was volledig verzinkt. De 170 pk sterke 2,5 liter zes-in-lijn M20 zorgde voor de aandrijving. Het bijzonderste kenmerk van de Z1 waren toch wel de deuren die naar beneden in de dorpels schoven. Hierdoor was volledig  open rijden mogelijk.

Aanvankelijk was de bedoeling om er slechts 4000 exemplaren van te bouwen, maar dat aantal werd uiteindelijk meer dan verdubbeld. 8016 exemplaren waarvan 12 voorseriemodellen zagen het levenslicht. De productie van de BMW Z1 stopte in 1991.

 

Bron: bimmerpost.com

 

0 2136

Goggomobil, Glas 1700 en Isar 600C: Glas auto’s behoren tot de bijzonder interessante auto-klassiekers van de jonge Bondsrepubliek Duitsland. Ze combineren pioniersgeest met interessante technologie en een aantrekkelijk design, wat neerkomt op een fascinerende episode in de geschiedenis van BMW.

Van 7 mei tot en met 30 juni 2012 zijn er acht BMW en Hans Glas GmbH auto’s uit Dingolfing te zien in de foyer van de BMW Museum. De tentoonstelling is gratis. Van de Goggomobil zijn er per jaar 20.000 exemplaren verkocht tot het einde van de jaren 1950. Hans Glas GmbH was al gestart met nieuwe, grotere modellen en vele anderen zaten in de planning. In 1959 had een nieuw modelbeleid en de betrokkenheid van de familie Quandt een onverwachte succesverhaal in beweging gezet voor BMW. Op dit zelfde moment was Glas al voorbij het ​​hoogtepunt van zijn succes.

In 1966 stond Glas op de rand van de afgrond, met 4.000 medewerkers die op het punt stonden om hun baan te verliezen. Slechts tien jaar na de snelle opkomst van Glas als een autofabrikant, gevestigd in Neder-Beieren, was het al voorbij. Ondertussen had BMW problemen om te voldoen aan de enorme vraag naar nieuwe middenklasse modellen en was dringend zoek naar een tweede produktiefaciliteit.

Uiteindelijk werd een akkoord bereikt in 1966: BMW nam Glas over, waardoor de werkgelegenheid in Neder-Beieren werd veilig gesteld. De Goggomobil was de laatste Glas auto die werd geproduceerd tot en met de zomer van 1969. Ondertussen werd de Dingolfing fabriek opnieuw ingericht voor de productie van BMW onderdelen en vanaf 1973 werd de BMW 5-serie geproduceerd in Dingolfing. Vandaag is Dingolfing de grootste BMW fabriek naast München. Er zijn daar nu meer dan 20.000 werknemers aktief.

De tentoonstelling in het BMW Museum bestaat uit de volgende historische voertuigen:

Goggo scooter with sidecar
Goggo TS 250 G (Coupé)
Goggo Transporter
Isar 600 C
Glas 1700
BMW 1600 GT
Glas 1204 Racing
Glass Goggomobil Sedan

Bron: BMW Museum

De FNBC (Federatie van Nederlandse BMW Clubs) heeft op zaterdag 19 mei een dag georganiseerd waarbij alle BMW liefhebbers van bij de FNBC aangeloten clubs bij elkaar gebracht werden om elkaar te ontmoeten en elkaars passie voor BMW te delen.

Uiteraard ontbrak hierbij de importeur zelf niet. Deze had voor de gelegenheid een hele delegatie nieuwe BMW M modellen meegenomen waaronder de nieuwe BMW M6 Cabriolet. Maar vooral de BMW clubs hebben het BMW gevoel duidelijk uitgedragen en modellen laten zien die niet meer dagelijks op onze wegen te zien zijn. Wat dacht je van een originele BMW 507 uit 1957. En de eigenaar was niet bang om hem de sporen te geven op de kombaan van het RDW circuit. Naast de mogelijkheid om in contact te komen met de collega clubs waren er ook mogelijkheden om met je eigen BMW op de uitdagende kombaan te rijden en er werden zelfs speciale BMW’s beschikbaar gesteld om over de slip- en driftbaan te rijden. Er was een behendigheidparcours uitgezet voor zowel auto al motorliefhebbers. Ook aan de kleine BMW liefhebbertjes was gedacht en daarvoor was een groot spring-klim- en klauterkussen geregeld.

Ook waren er diverse bedrijven aanwezig die je bijvoorbeeld konden voorzien in het beste advies voor de reconditionering van uw BMW. Of je zocht nog net dat ene BMW modelletje. Daarnaast was ook BMW Financial Services aanwezig zijn met verzekeringen die precies afgestemd zijn op de wensen van de BMW rijder.  Er werden ook rondjes gereden met een BMW ActiveE, de elektrische BMW 1 Serie waarvan bij wijze van proef 30 exemplaren in Nederland worden ingezet. Je kon hierbij instappen en ervaren hoe het is om elektrisch te rijden.

Er waren vele BMW Clubs aanwezig met hun pronkstukken. De BMW E31 Club had een hele rij 8-series staan. En ook de BMW 7 Club Nederland was aanwezig met hun luxe limousine’s. Het viel op hoeveel BMW 02’s er waren. Bijna elk model was aanwezig, waaronder zeldzame cabrio’s en twee 2002 Turbo’s. Er werd onderling veel gesproken met elkaar en ik denk dat er weer vele tips over en weer zijn gegaan. Iedereen was razend enthausiast. En laten we de motorenliefhebbers niet vergeten. Ook die waren in grote getallen naar Lelystad gekomen.

Al met al meer dan voldoende om een BMW liefhebber een dag lang te vermaken! Volgend jaar weer mensen. Wij van BMWblog.nl zijn er zeker bij.

Bron: FNBC

2 4781

Zonder twijfel biedt een “normale” BMW 750iL met 14,7 cm meer lengte al meer dan genoeg comfort en luxe voor de achterpassagiers dan nodig is. Waarom zo’n fijne auto nog eens 25 cm verlengen? De BMW L7.

Als je die vraag stelt behoor je niet tot de doelgroep van dit soort auto’s. Luxe betekent meer te hebben dan men daadwerkelijk nodig heeft. En dan komt de BMW L7 (E38) in beeld. Die 25 cm extra beenruimte achterin, bovenop een 750iL, betekent exclusiviteit. Van de L7 zijn in totaal 899 exemplaren gebouwd, waarvan maar 106 stuks van het face-lift model (modeljaar 1999) zijn. Dit zorgt ervoor dat de BMW L7 een zeldzame verschijning is en blijft. Doelgroepen voor de L7 waren hoofdzakelijk de Verenigde Staten, Azië en Arabië.

Uitvoering

Vanaf produktie 3/97 werd de L7 gemaakt. De kale carrosserie was uitgebreid met een tweede B-stijl. Hierdoor zit er een extra paneel tussen het voor en achterportier. Dit paneel is bepalend voor het uiterlijk van de BMW L7. Een ander minder in het oog springend verschil met de 750iL was de gewijzigde modelaanduiding met de verlengde L op het kofferdeksel. later werd dit vervangen door een L7 embleem. Bijzonder veel aandacht was besteed aan de uitrusting van het achtercompartiment. Deze omvatte naast de reeds bekende zaken voor achterin de 7-serie tevens een afzonderlijke automatische verwarmings- en airconditioningsregeling, een bar, een koelkast en interieurverlichting in de B-stijlbekleding. De interieuruitrusting was verder grotendeels van de 750iL overgenomen. De extra uitrusting voor de L7 bood de achterpassagiers de mogelijkheid om tijdens het rijden de in de auto aanwezige communicatiesystemen in te stellen en te gebruiken. Hierdoor werd het uitvoeren van schrijf- en kantoorwerkzaamheden tijdens het rijden vergemakkelijkt. Zo kon achterin individueel de temperatuur worden ingesteld. De achterstoelen, twee stuks, waren elektrisch verstelbaar met stoelverwarming.

De meeste L7’s hadden een middenconsole in het achtercompartiment. In het voorste deel hiervan bevondt zich de automatische verwarmings- en airconditioningsregeling (FHKA) met het bedieningsgedeelte. In het achterste gedeelte zaten twee vakken, die zijn afgedekt met rolschermen in edelhout. In het voorste vak zaten de schakelaars voor de stoelverwarming, een aansluitbus voor Audio/Video, omschakelaar voor TV, een aansteker en bekerhouders. In het grotere achterste vak zaten de schakelaar voor het verstellen van de rechter voorstoel met een geheugenschakelaar, de schakelaars voor het zonnescherm en het verstellen van de hoofdsteunen, een MID (multifunctioneel display) voor de bediening van de boordcomputer, radio en telefoon achterin en uiteraard de telefoonhoorn voor de tandem-telefooninstallatie. Na het neerklappen van de middelste armleuning kon de koelkast via de de handgreep worden geopend. Deze was met een schakelaar uit- en in te schakelen. De koelkast is ook de reden waarom de kofferruimte 60 liter kleiner was. Hier was namelijk het koelaggregaat gemonteerd achter een extra stuk bekleding. Boven de koelkast bevond zich de “bar” in de steun van de middelste armleuning. Door de afdekking naar boven open te klappen bood deze plaats aan twee glazen.

In de bekleding van de B-stijlen was een verlichting geintregreerd, waarbij vooral aandacht was besteed aan de gelijkmatige lichtverdeling. Deze verlichting was aan en uit te zetten. In de hemelbekleding liep  een houten strip. Hierdoor werd een optische scheiding met het voorcompartiment bereikt.

Techniek

De BMW L7 heeft dezelfde techniek aan boord als de standaard 750i/iL. Dat betekent de bekende M73 12 cilinder van 5.379 cc met 326 pk en 400 Nm koppel. De prestaties waren, ondanks het gewicht van 2.195 kg, niet veel minder dan die van de 750iL. o-100 duurde met 6,8 sec maar 0,2 langer. De topsnelheid was ook afgeregeld op 250 km/h.

De versnellingsbak was de standaadr 5HP30 automatische transmissie. Uiteraard was de cardanas en het uitlaatsysteem verlengd. Het differentieel (type 220k) had een andere overbrengingsverhouding. Door deze eindoverbrenging van 3,15:1 schakelde de automaat al bij 220 km/h naar de vijfde versnelling in plaats van bij 250 km/h. Dit is ook de reden dat de prestaties nagenoeg gelijk zijn. De wielbasis van de L7 was met 3.320 mm dus precies 25 cm langer. Deze ruimte kwam allemaal ten goede van de achterpassagiers. Aan het onderstel is niet veel gewijzigd. Alleen de veren zijn aangepast aan het hogere gewicht. Standaard was de auto voorzien van niveuaregeling op de achteras. Ook EDCIII+ was standaard (Elektronische Demper Controle). De eerste auto’s hadden standaard ABS met DSCII. Vanaf produktie 9/98 werd er DSCIII aangeboden.

BMW Individual

In geen enkele andere variant van de BMW E38 7-serie werd zoveel standaard luxe uitrusting geleverd dan in de BMW L7. Wie echter naast luxe en comfort een TV in bioscoopkwaliteit of een ingebouwde PC wilde was bij BMW aan het verkeerde adres. Er is wel een concept gemaakt door BMW Individual die werd tentoongesteld op de Autosalon van Genève 2001. Deze was voorzien van alle op dat moment mogelijke snufjes op multimediagebied.

In deze auto was het mogelijk om niet alleen vanuit stilstand maar ook rijdend DVD’s, het internet en je e-mails te bekijken. Deze L7 was voorzien van een scheidingswand waaruit per knopdruk een 15″ scherm omhoog kwam. de bediening was met een infrarood afstandsbediening. Ook was er een kleurenprinter geïnstalleerd. Naast optimale werkomstandigheden, boden de multimedia-functies veel ongekende mogelijkheden voor ontspanning en entertainment. Zo was het mogelijk muziek of computergames van het internet te installeren. Zoals gezegd was dit voor die tijd iets wat voor onmogelijk werd gehouden. Er was echter wel de mogelijkheid om af fabriek een TV achterin te laten monteren. Deze was echter niet goedkoop.

Karl Lagerfeld

Dat van deze BMW L7’s was er natuurlijk niet één standaard uitgevoerd. Via BMW Individual, een afdeling van BMW M GmbH, werden bijna alle L7’s aangepast aan de wensen van de klant. In 1999 heeft de Duitse modeontwerper Karl Lagerfeld een BMW L7 Individual samengesteld naar zijn smaak. Dit is een hele bijzondere auto geworden in een two-tone lakkleur. Een combinatie van Goldorange metallic en Kastanienbraun metallic. Van binnen was deze unieke auto voorzien van prachtig bruin leer met “Chesterfield” knopen afgewerkt met een rood/oranje bies. In de achterportieren zijn tissue houders gemaakt. Verder was hij voorzien van een scheidingswand en is de middenconsole achterin komen te vervallen. Deze auto staat nu bij BMW Classic.

De vraag is nu eigenlijk: zijn dit soort BMW’s vandaag ook nodig of heeft de BMW Group hiervoor Rolls-Royce? Gezien de aantallen die van de BMW L7 zijn gemaakt in combinatie met de huidige economische omstandigheden lijkt het ons in ieder geval zeer onwaarschijnlijk dat BMW nog met zo’n project zal komen. Is dat jammer? Een beetje wel. Dit doet echter niets af aan het unieke karakter van de BMW L7 E38.
 
Bronnen: BMW Classic, de originele BMW L7 folder, trainingsmateriaal BMW
 
 
 

0 1711

Het is een opvallende tentoonstelling, die van 7 mei tot 2 juni te zien zal zijn  in de BMW Brussels Event Store. Voor de eerste keer zullen in Brussel  drie grote namen uit de hedendaagse kunst verenigd zijn. BMW gerelateerd natuurlijk.

Holzer,  Lichtenstein en Stella hebben naast hun Amerikaanse oorsprong ook  gemeen dat ze een BMW Art Car ontwierpen, die deelnam aan de 24 Uren  van Le Mans. Het is in 1975 dat de BMW Art Car collectie het levenslicht ziet. Als resultaat van de ontmoeting van Meester Hervé Poulain, autosportpiloot en veilingmeester, met Jochen Neerpasch, toen verantwoordelijk voor de afdeling BMW Motorsport, is deze collectie van rijdende kunst uniek in de wereld.

Alexander Calder mocht de eerste BMW Art Car ontwerpen. Nadien vertrouwde het duo Poulain – Neerpasch wagens toe aan Frank Stella, Roy Lichtenstein en Andy Warhol. Het waren telkens BMW’s die aan de start kwamen van de uitzonderlijke beproeving van de 24 Uren van Le Mans.

In navolging van deze eerste vier modellen zetten ook andere prominente kunstenaars, al naargelang het jaar, een Art Car op hun naam, zoals onder meer Robert Rauschenberg, Ken Done, Cesar Manrique, etc. Vanaf dan zouden de wagens niet meer deelnemen aan autosportwedstrijden, tot Jenny Holzer in 1999 een BMW V12 LMR ontwierp, die opnieuw deelnam aan de 24 Uren van Le Mans. Een zeventiende BMW Art Car, eveneens ingeschreven voor deze beproeving in 2011, werd ontworpen door Jeff Koons.

De BMW Art Car collectie gaat vaak op ’tournée’ in musea voor hedendaagse kunst over de hele wereld, zoals het MoMa in New-York City, Centre Pompidou in Paris, Palazzo Grassi in Venetië, etc. Dit jaar zakken enkele exemplaren af naar de Europese hoofdstad. Zo zullen de tweede, derde en de vijfde BMW Art Car, respectievelijk ontworpen door Frank Stella, Roy Lichtenstein en Jenny Holzer tentoon staan zijn in de gebouwen van BMW Brussels Event Store op de Waterloolaan. Alle kunst- en autoliefhebbers die de showroom van BMW in hartje Brussel bezoeken, kunnen deze unieke wagens van 7 mei tot 2 juni bewonderen.

Frank Stella, de Amerikaanse voorloper van het minimalisme, Roy Lichtenstein, vader van de Amerikaanse pop art, en Jenny Holzer, bekend van de voor haar typische slogans, hebben elk een wagen ontworpen die een afspiegeling vormt van hun talent. Aan elke wagen is duidelijk de hand van de kunstenaars te herkennen: het millimeterpatroon van Frank Stella in 1976, de typische grote pixels van Roy Lichtenstein een jaar later en de slogans van Jenny Holzer op een BMW in 1999.

Later dit jaar zullen nog andere BMW Art Cars in Brussel te zien zijn. Zo zullen het vierde exemplaar en het voorlopige sluitstuk van de collectie, respectievelijk van de hand van Andy Warhol en Jeff Koons, eveneens in Brussel tentoon gesteld staan. Dus wie ze graag een keer van dichtbij wil bekijken heeft nu de kans door en ritje naar België te maken.

Expo van 7 mei tot 2 juni 2012.

Van dinsdag tot zaterdag van 10 tot 18u.

BMW Brussels Event Store, Waterloolaan 23-24, 1000 Brussel

www.bmwbrussels.be, www.brusselseventstore.be

Frank Stella, BMW 3.0 CSL (1976)

Roy Lichtenstein, BMW 320i Groupe 5 (1977)

Jenny Holzer, BMW V12 LMR (1999)

Veel mensen denken dat de M1 de eerste M BMW was. En anders wel de M535i. Maar er was er toch één eerder. De BMW 530 Motorsport Limited Edition. Afgekort BMW 530 MLE.

BMW kwam in 1976 met de 530 LME als homologatiemodel voor een raceserie met sedans. De eerste was ook daadwerkelijk door BMW Motorsport geconstrueerd. Het was een experimentele race auto.

BMW heeft al wortels in Zuid Afrika die teruggaan naar de vroege jaren zeventig, toen BMW SA (South Africa) een jonge bedrijf was die de productie van Glas sedans op zich had genomen, voertuigen van een vennootschap die BMW had gekocht in 1967. In 1971 begon de lokale assemblage van de grote E3 2500 en 2800 sedans, met de 3.0S en 3.0L die kort daarna volgen. De verkoop ging moeizaam, en BMW begon na te denken over de levensvatbaarheid van hun Zuid-Afrikaanse activiteiten. Dus werd in maart 1974 de E12 5-serie gelanceerd in de assemblagefabriek. De eerste auto die van de lopende band liep was een 520 met handbak, en in 1975 werd het assortiment uitgebreid met de 525 en 528. BMW’s gok om door te zetten had goed uitgepakt. De omzet ging omhoog toen de Zuid-Afrikanen de 5-serie met veel enthousiasme ontvingen. Eind 1975 werd de 518 gelanceerd in Swaziland. Hoewel veel bewonderd als de “economie” 5-serie, was er ook een andere auto te zien die de aandacht van de pers kreeg, een experimentele 528 met handbak. Deze werd voorheen alleen aangeboden met automaat.

Dit wekte de interesse van de autocoureurs, die dit zagen als de mogelijkheid om van BMW een motorsport kracht te maken om rekening mee te houden in Zuid-Afrika. Op dat moment reed een eenzame CSL zonder succes op lokale circuits rond. De onderhandelingen zijn aangegaan met BMW Motorsport in Duitsland voor een gewijzigde produktie racer. Het startsein werd vrijwel onmiddellijk gegeven. Onder de leiding van de bekende Jochen Neerpasch werd een concept car op basis van de 525 geproduceerd. Deze auto vond zijn weg naar de broers Schnitzer, die uiteindelijk verantwoordelijk waren voor een groot deel van het ontwikkelingswerk. Nadat alle partijen tevreden waren, werden twee circuit auto’s geprepareerd. Één in Duitsland en de andere in SA. Deze auto’s zouden meedoen aan “The Star Modified Production Series” competitie.

De eerste test waren veelbelovend. Formule 1 coureur Gunnar Nilsson reed op Kyalami in 1 min 39 ondank een overslaande motor. Er was echter nog één hindernis te gaan. Om te mogen racen moesten er 100 identieke modellen worden gebouwd en verkocht. Deze werd bekend als de 530 MLE. Dit lukte BMW net voor de Republic Day Trophy race.

De Republic Day Trophy race op 5 juni 1976 zag het begin van een SA race legende met de eerste van vele overwinningen voor de BMW 530 MLE. De race-motoren produceerden een indrukwekkende 202 kW/275 pk bij 6750 omw/min met 318 Nm maximumkoppel bij 5500 r/min en een topsnelheid van 235 km/u. Om dit beest te houden op het spoor, werden Bilstein dempers gas gemonteerd, anti-roll bars werden voor en achter gemonteerd. Low profile Dunlop banden werden gemonteerd op 406 mm Chaparral wielen. 279 mm breed aan de voorzijde en 305 mm breed aan de achterzijde, met 275/600 en 300/625 banden. Dit krachtige pakket werd netjes in een agressief ogende E12 carrosserie met uitgeklopte wielkasten en BMW Motorsport kleuren gepropt. Sponsoring kwam van onder andere, BIC, Salora televisie en Castrol. De twee BMW’s waren onoverwinnelijk met Eddie Keizan en Alain Lavoipierre, de eerste twee coureurs. Track records werden regelmatig gebroken. BMW ’s doel was bereikt. Over een periode van twee en een half seizoen, had de BMW 530 MLE zich stevig gevestigd als merk in de Zuid-Afrikaanse motorsport kringen, en begon een traditie die nog springlevend is in dit land.

Tot verbazing van BMW SA werden de 100 gehomologeerde straatlegale 530 MLE’s snel verkocht. Zo snel zelfs dat BMW SA besloot om aan de vraag te voldoen en extra auto’s te produceren. Eindproductie cijfers komen op 217 stuks waarvan 216 verkocht zijn er er één on Duitsland is gemaakt. Deze heeft echter geen chassisnummer. Achteraf gezien was de overweldigende vraag niet zo verwonderlijk. Deze auto’s waren opvallend anders dan alles wat BMW SA eerder had aangeboden. Voor een prijzige R10.595,- kreeg men een fantastisch presterende auto. Qua uiterlijk alleen al. De auto’s was compleet anders dan de rest. Alle exemplaren waren wit met een diepe voorspoiler, kofferdeksel spoiler en opzetstukken op de wielkasten. De twee spoilers waren gemaakt van glasvezel. Om het uiterlijk verder te verbeteren versierde BMW de auto met de Motorsport kleuren.

Om ze lichter te maken werd de carrosserie vervaardigd met behulp van aluminium en lichter staal doorgeboord met gaten op verschillende plekken, zoals de kofferklep scharnieren en de pedalen. Het interieur was bekleed met een marineblauwe velours stof. Voorin zaten kuipstoelen van de firma Scheel. Interessant is dat de achterbank een kern van schuim had in plaats van het gebruikelijke metalen frame. Een speciale Motorsport stuurwiel maakte het sportieve interieur af.

De 2985cc zescilinder met bovenliggende nokkenas werd een opgevoerde versie van dezelfde motor in de E3 3.0L sedan. Het vermogen kwam op 147 kW/200 pk op 6000 r/min en een koppel van 277 Nm bij 4300 r/min. Het brandstof/luchtmengsel werd geleverd via twee Zenith 38/40 valstroom carburateurs en een extra groot luchtfilter systeem. Naast een speciale nokkenas en een race lichtgewicht vliegwiel is er een motorolie koelsysteem netjes opgeborgen achter de voorspoiler. De topsnelheid van de 530 MLE was 208 kmh en hij accellereerde van 0-100km/h in 9,3 seconden. De motor is gekoppeld aan een Getrag 5-speed close ratio versnellingsbak met een dogleg eerste versnelling. De aandrijving ging over een Borg Warner sperdifferentieel naar de achterwielen. Het onderstel werd opgewaardeerd met rondom Bilstein gas dempers en veren inclusief een verbeterde stabilisatorstang aan de voorkant en een extra stabilisatorstang aan de achterzijde. Vier-zuiger remklauwen en geventileerde schijven zorgden voor de nodige remkracht. Dit hele pakket reed op speciale BBS Mahle 7J lichtmetalen velgen met 195/HR 14″ banden.

Terugkijkend kan men zich afvragen wat er zo bijzonder aan de BMW 530 MLE was. Immers, hij had slechts een relatief kort moment in de BMW circuit geschiedenis, en dan ook nog alleen in Zuid Afrika. Nou het was bijvoorbeeld de eerste productie 5-serie die door de BMW M-mensen was ontwikkeld. Het was de enige geproduceerde 5-serie met alle BMW M cosmetica standaard, inclusief alle toptechniek uit  die tijd en de op het circuit behaalde successen door de twee racers zijn nooit geëvenaard door een andere BMW 5-serie.

Het is bijna zeker dat de MLE BMW’s de eerste sportieve 5-serie waren, wat uiteindelijk resulteerde in de geboorte van de M535i vier jaar later. Wat wel zeker is dat de straat versies een directe ontwikkeling van de raceauto’s waren, waardoor ze uniek zijn in de 5-serie reeks. Tegen het einde van 1976 had de inmiddels beroemde 530 Motorsport cosmetische produkten hun weg gevonden als opties op de even zeldzame, en alleen voor Duitsland geproduceerde, BMW 533i. En nog later, opnieuw als optie, op de legendarische M535i. Hoewel je de Motorsport buitenkant terugvindt op de 2002 Turbo en de 3.0 CSL, was de 5-serie versie echt afgeleid van de 530 MLE. Door het succes van de 530 MLE produceerde BMW SA nog langer een 530, totdat de M535i kwam. Deze auto’s werden in de eerste plaats sportieve luxe limousines met de standaard 3 liter M30 motor, en hebben weinig gemeen met de originele homologatie special. Nooit meer zou BMW een productie 5-serie voor het publiek produceren, die zijn wortels zo dicht bij het circuit had liggen, waardoor de 530 Motor Sport Limited Edition de blauwdruk was voor alle latere 5-serie Motorsport producten.

Vandaag de dag is de BMW 530 MLE door de meesten vergeten. Zelfs onder raceliefhebbers, is het maar een wazige herinnering. Wat de rest van de wereld betreft kennen de meesten deze BMW Classic niet. Een van de raceauto’s heeft het overleeft, samen met een handvol van de straat versies. Deze auto’s zijn allemaal die overblijfselen van een zeer spannende en belangrijke periode in de BMW racegeschiedenis.

Bron: firstfives.org en e12.assertion.de